Foto: Koos Scherjon – www.rtvnof.nl

Gekleed in de herkenbare witte doktersjas steekt hij vrolijk z’n hand
uit voor een stevige handdruk. Chirurg Frederik Hoogwater is zichtbaar verrast door het interviewverzoek voor De Westereender. De krant uit
het dorp waar hij als kind opgroeide, voetbalde en waar zijn vader als huisarts grote bekendheid genoot. “Dat dokters-gen is mij doorgegeven”, knipoogt hij.

“Dogge we it yn it Frysk of it Hollânsk”, is zijn eerste vraag. Frederik Hoogwater is binnen ziekenhuis UMCG in Groningen één van de vele Friese medisch specialisten. Sinds 2016 werkt hij hier als HPB-chirurg. “Dat betekent dat ik me bezighoudt met operaties aan de lever, alvleesklier, galblaas en galwegen”, legt hij uit. Daarnaast is hij transplantatiechirurg voor leverpatiënten. “In Groningen hebben we het oudste levertransplantatieprogramma van Nederland”, knikt Frederik trots. “We zijn bovendien het enige ziekenhuis dat ook levertransplantaties bij kinderen uitvoert. Kortom: ik zit hier helemaal op mijn plek.”

Een wereld van verschil

Noem de naam Hoogwater en veel mensen in en rondom De Westereen zullen meteen denken aan de huisartsenpraktijk. “Ik kom uit een echt artsengezin”, knikt Frederik. “Mijn vader is jarenlang huisarts geweest in het dorp en mijn pake was vroeger huisarts in Nijland (Súdwest-Fryslân). Bij mij heeft het tot aan de middelbare school geduurd voordat ook ik zelf merkte dat ik geïntrigeerd werd door het artsenvak. Anderen in mijn omgeving hadden dat al eerder in de gaten. De fascinatie voor het menselijk lichaam sprak mij aan en biologie en scheikunde vond ik de meest interessante vakken op school. Ik ben de jongste thuis met een oudere zus en broer. Maar ik ben de enige die uiteindelijk in de medische wereld is terechtgekomen.”

Terug naar zijn kindertijd in De Westereen. Frederik is als jongen volop op het voetbalveld te vinden en zit daarnaast op judo. Hij kan goed leren en stroomt na de basisschool door naar het gymnasium. In het laatste jaar van zijn middelbare school schrijft hij zich in voor de studie Geneeskunde. Maar liefst drie keer wordt hij uitgeloot. In de tussentijd besluit hij Rechten te gaan studeren in Utrecht. “Ik verruilde De Westereen voor Utrecht”, knikt hij. “Een wereld van verschil, maar al snel vond ik m’n draai in de stad. Ik speelde contrabas in een zigeunerorkestje en speelde in het ‘Koninklijk Utrechtsch Studenten Tooneel’. Een fantastische tijd”, mijmert hij met een grote glimlach op z’n gezicht.

Passie voor chirurgie

Tot zijn grote verrassing en opluchting wordt hij na drie keer uitgeloot te zijn via een zogenoemde ‘naplaatsing’ dan toch toegelaten tot de studie Geneeskunde in Leiden. Iedere dag pendelt hij heen en weer tussen zijn woonplaats Utrecht en de universiteit in Leiden. Want nogmaals verkassen, daar denkt Frederik niet aan. Tot aan 2003, wanneer hij moet wachten op zijn co-schappen. “De opleiding Geneeskunde duurt in totaal zes jaar, waarvan je de laatste twee jaar co- schappen loopt in verschillende ziekenhuizen. In mijn geval waren dat de ziekenhuizen in Leiden en Den Haag, maar daar was een wachtlijst voor co-assistenten.

Vandaar dat ik in de tussentijd naar Amerika ben gereisd om daar mijn afstudeeronderzoek aan Harvard Medical School in Boston te doen.

 Een prachtige ervaring. Ontzettend gaaf om daar te mogen rondkijken.”

Terug in Nederland doorloopt hij zonder problemen zijn co-schappen en mag hij zich eind 2005 officieel arts noemen. Maar wie denkt dat Frederik daarmee klaar is, heeft het mis. “Na de basisopleiding kies je een specialisatie”, legt hij uit. “In mijn geval ben ik promotieonderzoek gaan doen naar colorectale levermetastasen, dat zijn tumoren die vanuit de darmen zijn uitgezaaid naar de lever. Uiteindelijk heb ik ruim vier jaar doorgebracht in het lab. Het klinkt wellicht dubbel, maar ik vind het ontzettend interessant hoe lichaamseigen cellen zo ontspoord raken dat ze het eigen lichaam aanvallen. Mijn uitdaging is om op tijd in te grijpen, onder andere door te opereren. Zo is mijn passie voor de chirurgie ontstaan.”

Stalen zenuwen

In 2011 start Frederik met zijn zesjarige opleiding tot chirurg in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein. Veel mensen zouden er niet aan moeten denken: nog eens zes jaar studeren. Maar Frederik vindt het heerlijk. “Je moet jezelf blijven ontwikkelen, zeker in de medische wereld. Ons vak verandert zo snel door nieuwe ontdekkingen en ontwikkelingen, dat je niet stil kunt blijven zitten. Neem als voorbeeld de operaties waarbij ik word geassisteerd door robottechnologie, dat had je twintig jaar geleden niet kunnen denken. Daarom moet je niet bang zijn om nieuwe dingen te leren.” Over bang zijn gesproken: hoe zit dat met de spanning voor een ingewikkelde operatie? Er verschijnt een serieuze blik in z’n ogen. “Juist die spanning tijdens een operatie is voor mij de reden dat ik voor het specialisme chirurgie heb gekozen. Er is altijd een bepaalde mate van stress om goed te presteren. Je moet gedurende de gehele operatie scherp zijn. Dat is iets wat mij aantrekt in het beroep. Die gezonde vorm van spanning maakt mijn werk zo uitdagend.”

In het bloed

Sinds 2016 hanteert Frederik de scalpel in het UMCG in Groningen. Daarvoor verhuist hij in datzelfde jaar van de Randstad terug naar het hoge noorden. “Heerlijk”, verzucht hij opgelucht. “Ik heb bijna twintig jaar met ontzettend veel plezier in Utrecht gewoond, maar het is fantastisch om weer terug te zijn. Samen met mijn gezin woon ik in Haren, vlakbij Groningen. En vlakbij De Westereen, waar mijn ouders nog steeds wonen. Ik kan dus veel gemakkelijker even op bezoek gaan.”

Wat zijn vader als gepensioneerd huisarts van zijn medische carrière vindt? “Hij is ontzettend trots, dat voel ik wel als we gesprekken hebben over medische onderwerpen”, lacht Frederik. “Maar hij is net zo trots op mijn broer en zus. Het feit dat ik als derde generatie ook arts ben geworden, vindt hij leuk, merk ik. Zit het toch een beetje in het bloed.”