NOORDOOST-FRIESLAND – Met een enorme plons landt de drie kilo zware magneet zo’n tien meter vanaf de wal in het water. Terwijl de magneet naar beneden zinkt volgen er nog twee plonzen, die kringetjes vormen in het water van het Prinses Margrietkanaal. Op de wal staan zes jonge knapen, die vol spanning even wachten voordat ze aan de touwen trekken die ze in de handen hebben. Hun contact met de magneet die ongeveer 1000 kilo kan trekken. Magneten die zo sterk zijn dat ze in een straal van ongeveer 20-25 centimeter alles oppakken. Magneetvisploeg ’t Sliekwurk is klaar voor een mooie avond, want dat het genieten bovenaan staat mag wel duidelijk zijn.

Lees verder onder de foto.

Magneetvissen, wellicht het meest te vergelijken met het zoeken met een metaaldetector, hoewel echt oude historische voorwerpen worden er niet gevonden. ,,We zijn ook nog milieuvriendelijk bezig. We nemen alles mee wat we vinden. We slaan dat op in een hok en verkopen het oud ijzer en andere metalen. Meestal is dat zo’n 150 euro per jaar. Daar maken we dan een feestje van, waarna de sterke verhalen loskomen. Visserslatijn’’, grijnst een van de zes mannen.

Blikjes en fietsen
De lange zomeravonden zijn weer begonnen. Het mooie weer doet langzaam zijn intrede. Ideale omstandigheden om buiten te zijn. Tijd voor ontspanning, maar daar waar de één dit wandelend of fietsend doet, staat de magneetvisploeg ’t Sliekwurk het liefst langs het water te vissen. Overigens niet in de buurt van de reguliere vissers met hun hengels, want dit bijt elkaar enorm. De zes jongeren Robin Hoeksma (Dokkum), Wesley Dorenbos (Dokkum), Sander Visser (Twijzelerheide), Remco Postma (Zwagerbosch) en de beide Westereenders Geoffrey van der West en Eimert Jan Smits zijn al een aantal jaren actief. Als de zes mannen aan de walkant staan, hebben zij altijd veel bekijks. ,,Vooral als we midden in Dokkum staan te vissen, blijven veel mensen staan. De een maakt een praatje en toont belangstelling, een ander fronst zijn voorhoofd, vooral als hij de rotzooi ziet die we boven halen. Meestal zitten daar naast blikjes ook wel fietsen tussen.’’ Een opzienbarende vondst heeft het zestal nog niet verricht. Tenminste waarmee ze de pers haalden, met uitzondering van Eimert Jan Smits, die met een ploegje, inmiddels oud-collega’s een kluis uit het water haalde in Burgum.

Iedere keer spannend
,,Voor ons voelt het als gewoon vissen’’, aldus één van de zes leden van ’t Sliekwurk. ,,We doen het met zijn zessen. Daarom mag ik ook namens ons spreken, maar ik wil niet dat mijn naam dan apart genoemd wordt. We
vormen een hecht collectief ’’, verklaart hij breed uitlachend onder het genot van een drankje. ,,De termen die wij gebruiken zijn net als in het reguliere vissen, maar onze vangsten zijn wel heel anders. Het is iedere keer spannend wat je boven water haalt, als je tenminste wat ophaalt. Het begint bij ons allen met de voorpret,

waarbij ik durf te stellen dat we toch wel mooi weer vissers ’s zijn. Bij voorkeur in een shirtje aan de kant staan, waarbij je toch oude kleren moet dragen. De magneet die sommigen van ons bezitten is zo’n drie kilo zwaar. Je kunt die magneet met een goede worp zo’n tien meter in het water werpen. Het is uiteraard geen normale magneet, maar speciaal gemaakt voor dit soort doeleinden, waardoor hij nog gemakkelijk voorwerpen aantrekt, zodat je vrijwel niets laat liggen.’’

Spierballen
Terwijl de muziek, want ja wat is metaalvissen en plezier zonder muziek, weerklinkt worden de magneten langzaam maar zeker naar de wal getrokken. Vol spanning, die plotseling veranderd in enthousiasme als een van de leden ‘beet’ heeft en dan duidelijk van een grotere vis. Alle ogen zijn op hem gericht als het touw strak komt te staan en het gezicht langzaam rood aanloopt. In het shirt worden de spierballen zichtbaar. Er blijkt hulp geboden te zijn. Zonder aarzeling komen helpende handen in het water en lukt het om de magneet richting wal te trekken en komt het voorwerp boven. Gezichten van teleurstelling, een groot oud blik, maar het wordt uit het water gehaald. Droog blijven ze niet allemaal en altijd, soms moet er een het niet bepaald altijd schone water in. Ze hebben het voor elkaar over en de teleurstelling slaat weer over in tevredenheid. Toch weer wat gevangen immers en dat met Hepie en Hepie op de achtergrond.

Levendige fantasie
Ieder wijdt zich weer aan zijn eigen magneet.Terwijl de magneten bovenkomen, groeit de stapel blikjes, spijker, bouten en bierdoppen. Ook sleutelhangers komen weer bovenwater. Al dan niet bewust in het water gegooid. Een verbroken relatie? Is de sleutelhanger daarom in het water gedumpt. Als er dan ook nog een naam op blijkt te staan, begint het grote speculeren en groeit ook de levendige fantasie. Een beetje ouwehoeren en weer opnieuw in het water. Met deze keer hoop op meer geluk en warempel op een avond worden door dezelfde visser vier hoefijzers naar boven gehaald. Een hoefijzer brengt volgens de mythe geluk, maar meer dan vier volgen er niet. Heeft een boer ze hier alle vier in het water gegooid? Was er ooit een smederij in de buurt? Vondsten die vragen opwerpen, terwijl een van de jongens inmiddels met een flex bezig is. Een flex behoort bij de standaarduitrusting, want alles gaat mee. Niet alleen omdat opgeruimd netjes is, maar ook gewoon omdat het volgens hen zo hoort en tenslotte is er het financieel gewin. Eigenlijk niks, maar toch een stimulans, want uiteindelijk wordt het metaal verkocht om een feestje te houden. Sporadisch wordt er een muntstuk uit het water gehaald.

Een kluis
Een beetje jaloers en wellicht een beetje met een schuin oog, maar niet minder gegund, kijken vijf van de zes soms naar Eimert Jan Smits. De visser in hun ploeg, die met zijn toenmalige collega’s een avondje ging vissen in het Prinses Margriet kanaal in Burgum. Hij was direct betrokken bij de grootste vondst uit zijn nog jonge carrière: een kluis. ‘Het was enorm zwaar om hem boven te krijgen. Die dingen zijn loodzwaar. Eerst hadden we geen idee wat er aan de magneet vast zat. Uiteindelijk hadden we er drie magneten aan. Het eerste gedeelte ging nog, maar zodra er iets boven water komt wordt het nog zwaarder. We hebben bijna twintig minuten werk gehad om hem boven water te krijgen. We wisten eerst niet wat het was. Een kluis? Toen haalden we de beste krachten uit ons naar boven. We zaten in een flow. Er bestond niets anders meer. Hij moest naar boven, uiteindelijk lukte dit. Mede omdat er iemand het water in ging. We zagen dat er een gat in de kluis gebrand was. We ontdekten ook de autosleutels en de autopapieren. We hebben uitgebreid genoten, het even voor onszelf gehouden. Toen bleek dat de autosleutels ook nog een signaal gaven, beseften we dat hij nog niet zo lang in het water lag. Een machtige vondst, met heel veel vragen’, aldus Eimert Jan Smits.

Droomavond
,,Uiteraard hou je dit niet voor jezelf. We hebben de politie gewaarschuwd en die kwam ook ter plekke. Omdat het geheel dicht bij de locatie van Jan Jelle Klomp van Wâldnet was, werd die ook ingeseind. Het werd plotseling een heel andere, maar niet minder leuke avond. De kluis kwam, kletsnat op de achterbank in de politieauto. Gelukkig hielden zij woord en hebben we het hele verhaal gehoord. We hoorden dat de kluis het slotstuk was van een kraak in Drachten, dit was drie weken voor de vondst. De dader van de inbraak, die inmiddels was opgepakt, was nogal vaag geweest over de dumpplek. Het was achteraf een droomavond en we zijn uiteindelijk naar het bedrijf geweest, waar we een mooi gesprek hadden en ook nog beloond werden. Het was de kluis van een autoverhuurbedrijf. We mochten een weekend een busje gebruiken, waarna we gezellig uit zijn geweest. Prachtig moment en duidelijk weer eens iets anders dan een verroeste fiets.’’ Het verhaal van magneetvisploeg Sliekwurk laat zich lezen als een mooi boek over goud zoeken, maar met dit verschil het grote goud zal niet opgevist worden. Maar is vriendschap, geluk en plezier niet het mooiste goud, waar je in je leven voor kan gaan.