KOLLUMERZWAAG – Jan en Dennis Brouwers uit het Noord-Hollandse Breezand komen geregeld naar Kollumerzwaag om daar een hengeltje te werpen. Vader en zoon zijn rasechte visliefhebbers die het liefst ieder vrij uurtje aan de waterkant staan. Dat kan ook prima in eigen omgeving, maar de Brouwers komen ook graag in Kollumerzwaag. Waarom? ,,Bij ons waait het 364 dagen per jaar en sta je dus altijd op de wind. Hier in Kollumerzwaag sta je wat meer beschut en is het dus veel fijner vissen”, vindt vader Jan.

Lees verder onder de foto.

De Brouwers rijden al ruim vijf jaar om de paar weken van Breezand naar Kollumerzwaag. Dat hebben ze graag over voor een ochtend of middag vissen bij De Forelpoel van Ale en Jelkje Poelstra. En zij zijn niet de enigen die van ver komen, weten de Poelstra’s. ,,Gasten komen vanuit het hele land en ook het buitenland naar hier om te vissen. We zien hier ook veel campinggasten, mensen die in de buurt ergens op de camping staan. De rust, de ruimte en de gemoedelijkheid spreekt hen hier aan. Onze vijvers zijn gelegen in een prachtig stukje natuur. Wie vroeg komt kan er reeën spotten, die slapen vaak op de dijken die we rondom de tuin hebben aangelegd. En er zijn nog veel meer dieren hier te vinden. Zo spotten we een tijdje geleden de visarend, die een poging deed om een vis te vangen en zagen we laatst nog een scholekster die achter een roofvogel aanzat. Maar er zijn natuurlijk ook kikkers, hagedissen en salamanders. De vos komt hier ook, al zien we die niet vaak. Maar we weten dat hij er is omdat vossen poepen bovenop mollenbulten”, vertelt Ale. ,,Tenminste, dat is ons verteld.”

Waar men bij De Forelpoel vroeger met name op forel kon vissen, is dat de afgelopen jaren wat veranderd. In de Aventoerpoel kan men vissen op de Europese meerval, diamantsteur en sterlet. Daarnaast is er een karperpoel, die begin dit jaar is aangelegd en een steurpoel.

Bij laatstgenoemde poel zitten vader en zoon Brouwers naar hun dobbers te kijken. Wat het is dat vissen zo leuk maakt? ,,Het is altijd spannend óf je wat vangt en wát je dan vangt”, zegt vader Jan. ,,En ook wel een beetje euforie wanneer je wat vangt.” Terwijl hij memoreert over de keren dat hij hier kwam vissen is er plotseling beweging te zien bij zijn dobber en niet veel later haalt hij een steur van 95 centimeter op de kant. Hij en zijn zoon Dennis hebben de vis nog maar net weer te water gelaten als ook de dobber van Dennis beweging vertoont. Hij trekt een sprint naar zijn hengel om deze vangst niet door zijn vingers te laten glippen. ,,Ik heb vandaag nog niets gevangen, maar dit kon wel eens een grote zijn”, vertelt Dennis. Hij blijkt een sterke jongen aan de haak te hebben.

De komende vijftien minuten heeft hij houden en keren aan de steur, die niet van plan is om zich zomaar gewonnen te geven. De ervaring heeft Dennis geleerd dat je een vis nog wel op het allerlaatste moment kwijt kunt raken, dus niet eerder dan dat de steur echt op de kant is, is hij gevangen. ,,Als de vis het op het laatste moment van je wint, dan baal je daar best wel van”, vertelt hij. Deze keer is het echter Dennis die wint, want de steur wordt vakkundig door Jan in een schepnet opgevangen. De heren zijn beide enthousiast, want het is inderdaad een flinke jongen. Honderddertig centimeter schoon aan de haak. De dag is voor vader en zoon weer meer dan geslaagd.

Voor Ale en Jelkje is de dag geslaagd wanneer ze zien dat hun gasten zich vermaken en dat ze vissen vangen. Gevangen vissen zijn voor hen de beste reclame. ,,Als iemand een foto van zichzelf met een grote vis op Facebook zet is dat voor ons prachtige reclame”, aldus Jelkje.